De goudsmid en de meesterdief
Jiacomo en Laurenzo zijn een tweeling, geboren in Bainoe, de hoofdstad van Babina. Hun vader is een arme schoenmaker, maar de jongens groeien op in een gelukkig gezin. Ze lijken zoveel op elkaar, dat eigenlijk niemand hen uit elkaar kan houden en als kinderen maakten ze daar handig gebruik of misbruik van. Wanneer ze volwassen zijn stuurt hun vader hen de wereld in om hun eigen weg te zoeken en hun plekje in het leven. Laurenzo wil mooie dingen maken en gaat in de leer bij een edelsmid. Jiacomo houdt ook van mooie dingen, maar hij wil ze niet zelf maken, wel zelf stelen. Hij komt in de leer bij een dief en perfectioneert zijn ambacht zo goed, dat hij zelf een meesterdief wordt. Beide broers beleven los van elkaar allerlei avonturen, tot het lot hun levens weer samenvoegt.